Kantoorgebouw voor bouwmaatschappij SEM

Architecten

Samyn and Partners architects & engineers

Locatie

Marnixlaan, Brussel

Bouwheer

Bouwmaatschappij SEM

Startdatum

2004

Einddatum

2009

Het gebouw heeft een traditionele constructie uit de jaren 1960 waar vroegtijdig sleet op is gekomen. Het is aan een grondige renovatie toe om aan de nieuwe behoeftes te kunnen beantwoorden.

De structuur van het gebouw wordt helemaal gestript. De bestaande sierkolommen zijn weggehaald om een panoramisch uitzicht op het koninklijk park en het hele zuiden van Brussel te bieden.

De voorgevel is niet geïsoleerd en bestaat uit vastgehechte stenen. Hij wordt vervangen en geïsoleerd met een nieuwe gevel bestaande uit houten panelen en brede openingen die zonnewerende rolluiken bevatten, opgebouwd uit bamboe lamellen. De glazen lamellen met een roestvast stalen kader dienen als beschutting tegen de regen voor het hout van verdieping +1 tot +5 en op +6 bestaat nog een breed glazen afdak. Op de benedenverdieping en op de hoek van de twee straatgevels en aan de loodlijn van de gemeenschappelijke wanden stopt de bescherming van de glazen lamellen en wordt vervangen door een roestvaste stalen bekleding.

In tegenstelling tot de situatie voor de werken, is het in het nieuwe ontwerp de structuur zelf van het gebouw die de gevel bepaalt, die de vorm aanneemt van een houten netwerk. Het buitenschrijnwerk van de glazen deuren, ook in hout, worden achteruit geplaatst: dit geeft de indruk dat de structuur los staat ten opzichte van het houten net en zo ontstaan er loggia’s toegankelijk van binnenuit, beschermd tegen regen en wind dankzij glazen lamellen.

De zonnewering, langs de buitenkant geplaatst maar beschermd tegen regen en wind, vermijdt alle risico’s op oververhitting door de zon. Ze belemmert ook de verblinding en regelen het intredend natuurlijk zonlicht.

Ook de binneninrichting wordt gekenmerkt door het gebruik van hout. De bamboe gebruikt voor de rolluiken wordt ook binnen toegepast voor zowel de grondafwerking als voor de planken van de superstructuur en voor alle binnenschrijnwerk.

De bestaande driehoekige trappenkoker met afgeronde hoeken en granito-afwerking wordt in zijn originele aspect behouden.

Parkings, die in het oude gebouw niet bestonden, worden gecreëerd op het achterplein op de benedenverdieping en in de kelders van het gebouw, waarvan de eerste toegankelijk is via een inrit en de tweede via het gebouw van de buren, dat eigendom is van dezelfde eigenaar.