Onderhoudsgebouwen en stelplaatsen voor bussen en voor trams

Architecten

Bontinck Architecture & Engineering

Locatie

Terrein Wissenhage, Gent

Bouwheer

Vlaamse Vervoersmaatschappij "De Lijn"

Einddatum

2016

Een massief hoofdgebouw, centraal op de site, is het ankerpunt voor alle secundaire volumes op het terrein. Er is een beperkte selectie voorzien aan gevelmaterialen, consequent toegepast over de ganse site, om een visuele eenheid te verkrijgen (inclusief aluminium gevelpanelen en rood-oranje parementsteen). Op het terrein en langs de terreingrenzen komen er groene accenten. Per gebouw is er één onderhouds- en exploitatiegebouw voor bussen en trams.

Het centrale blok van dit gebouw dient als visueel en functioneel centrum van de site. Dit blok werd omwikkeld met een roodoranje baksteenparement. In contrast werden de lagere, secundaire volumes omwikkeld met aluminium gevelpanelen. De technische ruimtes bovenop de verschillende daken krijgen een licht gestructureerde aluminiumhuid mee die zorgt voor een aantal blinkende eyecatchers bovenop het gebouw. De opbouw omvat vier bouwlagen, een combinatie van betonskelet en staalskelet, aluminium gevelpanelen, parement in rood-oranje baksteen, aluminium schrijnwerk, daklichten met rookafvoersystemen, een sprinklerinstallatie, … Intern is er een gelijkvloerse verdieping met onderhouds- en herstelplaatsen voor zowel trams als bussen, een eerste verdieping (tussenverdieping) met kantoorruimte, een tweede verdieping met kantoorruimtes, sociale ruimtes, kleedruimtes, opslagplaats en bijkomende ateliers, een derde verdieping met de nodige technische ruimtes.

Voorts is er een overdekte stelplaats voor 84 trams in aanloop naar het hoofdgebouw. De gevels van dit volume worden bekleed met dezelfde gevelpanelen als de secundaire volumes van het hoofdgebouw en worden er op deze manier visueel mee verankerd. De voorgevel van dit gebouw vormt het decor van het in- en uitrijdende tramverkeer van en naar de Nieuwe Vaart waardoor een plek met een zeker spektakelgehalte wordt gecreëerd. Het gebouw omvat één bouwlaag, een stalen skeletstructuur, aluminium gevelpanelen en aluminium schrijnwerk, daklichten met rookafvoersystemen en een sprinklerinstallatie. Daarnaast is er één was- en bezandingsplaats voor trams: oorspronkelijk een losstaand volume, is dit mettertijd samen gegroeid tot een eenheid met de stelplaats voor trams. Het wormt een sterk verbindend element tussen de stelplaats en het exploitatiegebouw. Het gebouw omvat: twee bouwlagen, betonnen skeletstructuur, aluminium gevelpanelen, aluminium schrijnwerk, rookafvoersysteem, sprinkler-systeem. Intern zijn voorzien: twee onderhoudsputten, een wasstraat, een installatie voor het bijslijpen van de wielen, een garage, een sociale ruimte, sanitairen, een kantoor en een technische ruimte.

Voorts is een parkeergebouw voor 55 niet-gelede bussen en 340 personen-wagens voorzien, met het eerste zichtbare element vanaf de ingang Wiedauwkaai. De skeletstructuur van het parkeergebouw wordt omwikkeld met een huid uit geweven staal. Zo wordt een licht, zwevend volume verkregen dat de ingang van het terrein bewaakt. Het gebouw bestaat uit drie bouwlagen, een metaalskeletstructuur met een gordijngevel uit inox. Intern is een gelijkvloerse verdieping met stelplaats vorzien voor 55 niet-gelede bussen en een fietsenstalling voor een 50-tal fietsen ; een eerste verdieping met parkeerplaats voor 170 personenwagens, een tweede verdieping met parkeerplaats voor 170 personenwagens en een passerelle die het parkeergebouw met de administratieve verdieping van het hoofdgebouw verbindt. Ook een was- en tankplaats voor bussen behoort tot de opdracht: een eenvoudig rechthoekig volume, omwikkeld met rood-oranje baksteen dat rechtstreeks verwijst naar het hoofdvolume van het centrale gebouw. Dit gebouw omvat één bouwlaag, massiefbouw met baksteenparement met intern twee lanen met achtereenvolgens een tankplaats en een wasstraat. Daar tussenin vindt men een kantoor, een sanitair en een technische ruimte.

Een utilitygebouw bestaat uit een rechthoekig volume in roodoranje baksteenparement in combinatie met een aluminium watertank en is een directe verwijzing naar het achterliggende hoofdgebouw. Om het beeld complet te maken: ook een nietoverdekte stelplaats voor 74 bussen en een niet-overdekte stelplaats voor 24 bussen maken deel uit van het ontwerp.

Ondernemingen