Eind 2018 trekt het Antwerpse provinciebestuur in een nieuw provinciehuis. Het gebouw - een getorst torenvolume - wordt een nieuwe architecturale blikvanger in ’t Stad. Het bouwen van de ‘uitvinding’ van architect De Geyter is voor het consortium Democo-Denys een uitdaging van formaat. Het nieuwe provinciehuis wordt een compact gebouw dat ruimschoots zal voldoen aan alle eisen op het vlak van energie, comfort, toegankelijkheid en veiligheid. Het torenvolume zwenkt tot 12 meter uit zijn as. Dat is niet alleen esthetisch, maar ook functioneel. Door het gebouw te laten wegdraaien valt er geen schaduw op de naastliggende gebouwen. Bovendien komt er minder zon maar meer noorderlicht binnen op de grote open verdiepingen.
Om het torenvolume te bouwen, is heel wat innovatief vernuft nodig. Niets, maar dan ook niets is standaard aan het provinciehuis. Geen grijs, grauw beton, maar zichtbeton. Geen rechthoekige, vierkante of ronde ramen, maar wel driehoekige ramen. Geen traditionele systeembekisting uit hout of kunststof, maar wel een op maat gemaakt bekistingsysteem. Geen gevel uit baksteen, maar een speciaal ontwikkeld gevelsysteem in glasmozaïek. Het recept van het gebouw is met andere woorden niet te vinden in de vakliteratuur.
Het nieuwe provinciehuis zal 14 verdiepingen tellen, wordt 57,7 meter hoog en de bouw ervan zal minder dan 4 jaar vragen. Ter vergelijking: de toren van Pisa is 55,85 meter hoog en had een effectieve bouwtijd van 17 jaar. In het bouwwerk zal 20.000 m³ beton, 3.850.000 kg wapening en 773 ton constructiestaal verwerkt worden.