Metrostation Erasmus

Architecten

Samyn and Partners architects & engineers

Locatie

Brussel (Anderlecht)

Bouwheer

Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Administratie van Uitrusting en Transport

Startdatum

1992

Einddatum

2003

Het metrostation bij het Erasmusziekenhuis is een bovengronds station. Het komt mooi tot zijn recht door de lichtheid van het dak in gespannen doek. De toegang tot het centrale perron loopt via twee tunnels. De hoofdingang bevindt zich in de bestaande tunnel die momenteel een van de toegangswegen naar het ziekenhuis bedekt. Deze tunnel is in twee gesplitst: een deel dat gereserveerd is voor het autoverkeer en het andere voor de voetgangers.

De inkomhal eindigt in het midden van de voetgangerstunnel waarin een grote trechter uitkomt om het licht binnen te laten en de ruimte van de inkomhal te openen. Een roltrap, een trap en een lift voor minder-validen bereiken het centrale perron waar zich de cabine van de controleur en de ticketverkoop bevinden. De reizigers die gebruik maken van deze ingang lopen onder de voeten van een van de portalen door en ontdekken het station geleidelijk aan terwijl ze naar boven komen.

Aan het andere uiteinde van het station verschaft een tweede centrale trap toegang tot een tunnel die beide trottoirs van de Lenniksestraat met elkaar verbindt. Deze tweede toegang voor de passagiers is uitgerust met een ticketautomaat maar doet ook dienst als nooduitgang. De drie trappen dragen dus de evacuatiecapaciteit van het centrale perron van bijna 300 personen.

Het centrale perron, de inkomhal en een deel van de voetgangerstunnels zijn overdekt met een dak in gespannen doek dat de vorm aanneemt van een opeenvolging van paardenzadels in een vierkante module met een zijde 15,30 m. Deze vorm is het resultaat van onderzoek naar een minimale structuur.

Het membraan is een doek in glasvezel bestreken met PTFE. Het heeft een brandgedrag A1. De centrale portieken zijn metalen structuren in staalbuizen met een ronde doorsnede waarvan de triangulering tot een minimum is teruggebracht. De stabiliteit van het geheel wordt gegarandeerd door een geleidelijk evenwicht van de modules.

Kegels in doorschijnend geweven staal vormen de zijgevels en beschermen de gebruikers tegen de zijwind. Deze elementen bieden meer akoestisch comfort dan een glazen oppervlak. Ze beperken ook de verwarming door de zon en dus het serre-effect voor een aangenaam microklimaat.

De verticale wanden van de perrons en de zijmuurtjes van het station zijn bovendien bedekt met een akoestische bekleding die het geluid van de wielen en de metrotreinen aan de bron vasthoudt.

Ondernemingen