Het ontwerp van het dagziekenhuis is afgestemd op de wens van de bouwheer om de oude manier van werken om te gooien en een grotere en betere flow van patiënten te bekomen. In de nieuwe opstelling komen patiënten rechtstreeks vanuit het liftsas toe in een grote en aangename lounge met zicht op ’t Stad. Het wachten voor de ingreep (ca. 2 uur) gebeurt in de lounge. De patiënt blijft zo lang mogelijk “bezoeker” en “zelfstandig”. De uitwerking van de lounge is bewust minimaal “medisch”, de lounge sluit conceptueel en esthetisch aan bij de onthaalruimte van een hotel. De lounge is opgesplitst in 2 delen (IN en OUT), echter de grens is flexibel gezien de noodzakelijke capaciteit IN en OUT evolueert tijdens de dagelijkse werking. In de lounge “IN” werd een nieuw type infobalie geïntroduceerd: het is de bedoeling dat de patiënt niet plaats moet nemen aan een balie om zich in te schrijven maar meer aan een zitmeubel waar de verpleging samen met de patiënt het medisch dossier kan inkijken. Zo wordt ook de drempel tussen verpleging en patiënt verkleind.
De beddenzone is uitgewerkt als één grote ruimte met losse boxen, waarin nissen zijn uitgespaard voor de bedden die rechtstreeks uitzicht naar buiten hebben. Om herkenning en oriëntatie te stimuleren, zowel voor patiënt als verpleging, hebben de 6 boxen, telkens met 3 nissen, een eigen identiteit gekregen door het gebruik van de ZNA - kleuren en subtiele verwijzingen naar de skyline van Antwerpen. Sanitair, bergingen en utility zijn discreet verwerkt in deze volumes.